Isolatie 60mm

Pir isolatie 60mm

Bauder Pir dakisolatie 60mm is isolatie met een mineraal glasvlies cachering. Bauder Pir isolatie 60mm heeft een Komo kwaliteitsverklaring en tevens CE-keur met d.o.p. De isolatieplaat Bauder pir M of MF wordt geproduceerd door de firma Bauder. Druksterkte bij 10% vervorming ≥ 120 KPa, volumegewicht > 28 kg/m³, begaanbaarheidsklasse C, Brandklasse E vlgs EN 13501 en B2 conform DIN 4102-1. De Bauder pir dakisolatie 60mm type M heeft rechte kanten met plaatafmeting 1200 x 600 mm. Type MF heeft trapsponning. Rekenwaarde per plaat door de trapsponning: 1185 x 585 mm. In een pak pir isolatie 60 mm type M zitten 8 platen=5,76 m². In een pak type MF zitten ook 8 platen, maar door trapsponning netto ca.5,54 m² afhankelijk van toepassing. Rd waarde: 2,22 m²K/W. Door het damp-open karakter van de glasvlies cachering zeer geschikt voor het volledige verlijmen van Epdm dakbedekking.

Algemene informatie

Subsidie mogelijk vanaf Rd 3,5 m²K/W voor Bauder pir M of MF, meldcode afhankelijk van toepassing RVO. U kunt Bauder pir M en MF alleen per pak bestellen. De Isolatieplaten komen rechtstreeks van de fabriek en geleverd door een vrachtwagencombinatie met zelflosser. Grote nieuwbouw of verbouwing met Pir? Vraag dan een offerte aan. Dakconcurrent heeft voor alle voorkomende ondergronden het juiste bevestigingsmateriaal. Afhankelijk van de klimaatklasse een (bitumineuze) dampremmer toepassen. Pir dakisolatie 60mm is ook leverbaar als spouwmuur isolatie en als dakisolatie met zuivere aluminium cachering. Voor algemene informatie en eigenschappen van de isolatie met mineraal glasvlies zie de bijlagen. Heeft U nog vragen over de toepassing en/of verwerking van de Pir isolatie M of MF neem dan contact op via het contactformulier of bel ons.

Applicatie van dakisolatie

Algemene uitvoeringsregels:
- Platen Pir isolatie 60mm toepassen in geballaste, mechanisch bevestigde en ook verlijmde dakbedekkingssystemen. Verder volgens verwerkingsvoorschriften fabrikant.
- de isolatieplaten droog en vrij van de ondergrond opslaan en verwerken. Tevens bovendien zodanige maatregelen treffen, dat tijdens en na applicatie vochtinsluiting is uitgesloten. Nat geworden isolatie altijd verwijderen. Bij langdurige opslag maatregelen treffen tegen weersinvloeden zoals zonbestraling en vochtinsluiting.
- de isolatieplaten aanbrengen met gesloten naden in zogenaamd halfsteensverband. De platen in de kimmen goed aansluiten; passtukken kleiner dan 300 mm uitsluitend in de middenzone van het dakvlak verwerken.
- isolatieplaten uitsluitend op een droge ondergrond aanbrengen; los vuil verwijderen.
- Bij mechanisch bevestigde isolatie- en dakbedekkingsystemen gelden voor de bevestigers en de drukverdeelplaten de volgende eisen: duurzaamheid minimaal 12 cycli Kesternichproef.
- Het materiaal dat toegepast wordt als dampremmende laag dient zonder perforaties, beschadigingen e.d. te zijn en dient ter plaatse van details (b.v. doorvoeren, opstanden) stromingsdicht te worden aangesloten. De overlappen van de dampremmende laag aanbrengen conform de geldende richtlijnen.
- Na realisatie van het dakbedekkingsysteem moet een zodanig afschot aanwezig zijn dat ook bij doorbuiging van de constructie een onbelemmerde afvoer van water naar de hemelwaterafvoeren gewaarborgd blijft.
Voor de volledige verwerking en toepassing zie de Komo kwaliteitsverklaring in de bijlagen.

Het belang van afschot

In tegenstelling tot hetgeen velen denken stelt het Bouwbesluit in het geheel geen eisen aan het afschot van daken. Wel wordt er gesteld dat: “Bij oppervlakken die water moeten afvoeren, moet een zodanig afschot zijn aangebracht, dat ook bij de doorbuiging in de eindtoestand elk punt van de oppervlakte water kan blijven afvoeren naar de aanwezige afvoerpunten.” Verder wordt er als toelichting op deze uitspraak gezegd: “Een afschot van ten minste 1,6% tezamen met de doorbuigingseis volgens artikel 10.4.2 uit NEN 6702 voldoende is om in geval van bijvoorbeeld sneeuwbelasting, plasvorming door smeltwater te vermijden.” Omdat er dus geen eenduidige regels zijn hanteren adviserende instanties en adviesbureaus: “Een hoeveelheid water op het dak (direct na regen) van maximaal 5% van het dakoppervlak is toelaatbaar, mits deze hoeveelheid is verdeeld over meerdere plassen. De diepte van de plassen mag daarbij maximaal 5 mm zijn.” Indien U geen afschot in de constructie kunt realiseren, adviseren wij U de Pir isolatie met minimaal 15 mm afschot. Hier een interessante link over afschot (bron: dakweb /Roofing Holland): stilstaand water is funest voor het dak.